‘We gaan op berenjacht. We zijn niet bang!’ leest Hannah enthousiast mee. Ze kan nog niet lezen, maar dit verhaal kan ze goed onthouden. Het vertelt voor mij iets over de Goede Week naar Pasen.
‘We gaan op berenjacht. We gaan een hele grote vangen. Wat een prachtige dag. We zijn niet bang.’ Een gezin met drie jonge kinderen gaat op pad in het prentenboek van Michael Rosen. Maar o nee! Ze komen onderweg allerlei obstakels tegen: Lang wuivend gras, een diepe koude rivier, dikke slikkerige modder, en diep donker woud, een jagende zwiepende sneeuwstorm, een nauwe en donkere grot. Steeds concluderen ze: ‘We kunnen er niet bovenover. We kunnen er niet onderdoor. Nee, we moeten er dwars doorheen.’ Het is een mooi verhaal om kinderen weerbaarder te maken. Soms moet je ergens dwars doorheen als iets tegenzit. En dan kom je er wel.
Niet altijd, zul je misschien zeggen. Er is een einde aan onze weerbaarheid. Dat klopt. Soms is de tegenstand of de tegenslag te groot en moet je het afleggen. Zelfs zo dat je eraan onderdoor gaat.
Daarom gaat het Paasverhaal verder. Ik legde zondag de kinderen bij Zin op School uit dat Jezus een hoop beren op de weg tegenkwam toen Hij Jeruzalem binnentrok. Het werd een pittige confrontatie met de religieuze leiders. Maar eerst werd Hij vrolijk binnengehaald. Kinderen en ouders vormden een haag om Jezus toe te roepen: ‘Wat fijn dat je er bent!’ Later werd het veel moeilijker. Mensen wilden het liefst dat Hij weg zou gaan. En weer stond Jezus voor die haag van mensen die nu schreeuwden: ‘Wegwezen Jezus!’ Ik vertelde dat Jezus concludeerde: ‘Ik kan er niet bovenover. Ik kan er niet onderdoor. Nee, ik moet er dwars doorheen.’
En ja, Hij ging eraan onderdoor. Maar zelfs dat was het einde niet. Jezus stond op met Pasen. En dat vind ik zo mooi aan het Paasverhaal. We zien heel gauw zoveel beren op de weg, dat we denken dat het ons nooit zal lukken om iets te bereiken. Diep in ons hart denken we misschien wel eens: ‘Dat lukt me niet. Daar ga ik aan onderdoor.’ En het Paasverhaal vertelt: zelfs als je eraan onderdoor gaat, is dat het einde niet. Je kunt eruit opstaan. Laat dat je moed geven. Nee, je kunt er niet altijd overheen kijken. Je kunt er ook niet onderdoor kruipen. Nee, je moet er dwars doorheen. Dat kan vreselijk moeilijk zijn. Maar je komt er. God gelooft in je. Nu jij zelf nog.
Dominee Otto Grevink is predikant voor Kaatsheuvel en de Efteling, Sprang-Capelle en Waspik vanuit De Brug, en pionier bij Zin op School in Waalwijk. Reacties zijn welkom op ottogrevink@gmail.com.